Vandaag een superdag gehad.
We hebben met Complet een uistap gemaakt naar Lemfu, een dorpje een 30
km van hier. Je zou denken ‘een korte
rit’, al klopt dit hier niet altijd. Het
eerste stuk waren nog redelijk normale ‘kiezelpaden’, maar dit ging al snel
over in een soort van veldwegen met kloven tot bijna een halve meter. We hebben
soms meer aan 5à 10 km gereden dan aan 50 km/h.
Eerst zijn we een centre de santé gaan bezoeken in Ngeba. Ik was hier al
geweest, maar het blijft toch altijd wel een verschrikking hoe mensen hier
leven en overleven. We hebben er een rondleiding gekregen in het labo waar ze
vooral op malaria controleren, een
drietal testen doen en indien nodig een microscoop ter beschikking hebben. Iets
verder lagen er verschillende zieken in vuile bedden. In de materniteit lagen een vijftal moeders
met hun kleine baby’s, een kamertje verder een eenzaam vrouwtje met weeën te
wachten op haar bevalling. Echt schrijnend, zeker als je dan nog eens de
bevallingstafel ziet. Of liever niet wil zien…
Nadien zijn we doorgereden naar een seminarie in Lemfu. De
plaatselijke abbé was onmiddellijk bereid om ons mee een uitgebreide
rondleiding te geven. Tijdens het
wachten klonken vanuit de kerk iets verder leuke gezangen van een koor. Onze nieuwsgierigheid bracht ons naar daar,
waar we een superenthousiaste swingende bende jongeren aantroffen die geweldig
zongen. Gewoon zalig. Ondertussen stond
de abbé ons reeds op te wachten om naar de waterval en lokale
elektriciteitscentrale te gaan iets verder.
De weg naar ginds was ongelooflijk. Een pad van een halve meter in de
wildernis waar je met een jeep doormoet, een hobbelig oerwoudavontuur. De centrale zelf was ook ongelooflijk. Een klein kot waar met het water van een
klein stuwmeertje elektriciteit werd opgewekt.
Oorsprong van 1935, jawel. Het water spoot langs alle kanten, met een
meter verder batterijen om de motor op te starten en daarboven de kabels die de
elektriciteit doorgaven naar een transformator iets verder. Al geluk dat we
niet geëlektrocuteerd werden. Dat dit nog bestaat. Maar het levert blijkbaar
elektriciteit voor de verschillende seminaries voor 6000 studenten.
Bij het vertrek terug hebben we nog even een platte band moeten
vervangen, wel te verstaan in de wildernis bij een temperatuur van 35°, om
vervolgens nog langs een ander seminarie te gaan. Vroeger moet het hier echt prachtig geweest
zijn, maar nu is het vaak toch vergane glorie.
De abbé was super enthousiast en leidde ons nog wat verder rond in de
omstreken van Lemfu. Tot slot hebben we nog
even een dispensarium van de Soeurs de Namur bezocht waar we konden vaststellen
dat het ook anders kan. Het was een
klein ziekenhuisje met een tweetal paviljoenen, een kant voor de zieken, de
andere kant voor de materniteit. Er was
een operatiezaaltje en er waren zonnepanelen om elektriciteit te leveren. De
oplossing voor hier! Het was er verder ook superproper voor congolese
normen. Eigenlijk een voorbeeld van hoe
het hier zou moeten… Al blijft het hier toch wel speciaal om te leven. In ieder
geval geen evidentie. Dat zijn de dingen die we onderweg terug ook
vaststelden: de huisjes waar ze leven tussen de geiten, kippen en varkens,
kleine kinderen en moeders die kilometers lopen langs de stoffige weg met
tonnen water of ander dingen op hun hoofd, wrakken langs de weg of in een
ravijn, te veel om op te noemen.
Na een frisse ijskoude douche, wat echt wel nodig was, hebben
we nog even tijd om wat bij te praten en ik om mijn blog te schrijven. Op de
achtergrond klinken ondertussen de gezangen van de verpleegkundestudenten iets
verder terwijl ik nog een mail binnen krijg van een kennis uit België mbt een
brandwondenprobleem voor een vriendin in Zuid-Afrika. Hoe klein kan de wereld
zijn…
Veel groeten
Geen opmerkingen:
Een reactie posten